- U bevindt zich hier:
- ...
- Nieuws
- Deze wijk heeft heel veel potentie
Deze wijk heeft heel veel potentie
Opbouwwerker Carlo van den Aarsen en jongerenwerker Iliass Ben Omar werken beide in de wijk Langdonk in Roosendaal. Een wijk die afgelopen jaren landelijk in het nieuws kwam vanwege de vuurwerkrellen. Maar de wijk kent ook een hele andere kant waar inwoners zelf ‘de handschoen oppakken’ om er iets van te maken en jongeren hebben geleerd hoe ze zélf iets voor de buurt kunnen doen. Lees het verhaal over de wijk Langdonk en de ervaringen van Carlo en Illiass in BN De Stem.

Ik ben terecht gekomen in een warme wijk
“Carlo wil niet in het verleden blijven hangen, maar vooruit kijken: ,,Vooral mensen van buitenaf hebben het nog over de vuurwerkrellen. De mensen uit de wijk zijn het beu dat er telkens over wordt gepraat. Ik ben terechtgekomen in een warme wijk. Een wijk met een bepaald label, maar ook een wijk met veel potentie. Er zijn hier dingen aan de hand, dat klopt. Maar ik zie tegelijkertijd veel mensen die de handschoen oppakken om er iets van te maken.”
Vooral ’s avonds komt er veel Langdonkse jeugd naar het ontmoetingscentrum. Om te tafeltennissen bijvoorbeeld, te tafelvoetballen of te gamen. De keet aan de achterkant van de oude kerk is een populaire hangplek geworden. Daar is niet iedereen in de wijk blij mee, weet Van den Aarsen: ,,Maar ik ben blij dat ze daar zitten en niet ergens anders in de wijk.”
Jongeren weten beter welke paden ze moeten bewandelen
Iliass Ben Omar is sinds oktober 2020 jongerenwerker in de wijk en maakte dus zowel de rellen als de nasleep van dichtbij mee. ,,Ik ben steeds met de jongeren in gesprek gebleven. Uiteindelijk was de reden dat het zo uit de hand liep niets meer dan verveling. Er was hier niks te doen voor ze. Geen eigen plekje, geen activiteiten.”
Die uitleg zal niet iedereen begrijpen, erkent hij. ,,Maar de doelgroep waar ik mee werk, heeft voor 95 procent een migratieachtergrond. In de Turkse en Marokkaanse cultuur is het niet normaal dat jongens bij elkaar thuis over de vloer komen, omdat er misschien vrouwen thuis zijn waar je geen contact mee mag”, zegt hij. ,,Dus zoek je elkaar op straat op. Maar als daar helemaal niks te doen is, gaan ze roken en blowen, rotzooi trappen.”
Dat er na alle onrust steeds meer voor jongeren gebeurt, vinden sommige inwoners een verkeerd signaal: alsof slecht gedrag wordt beloond. Ben Omar kijkt er anders naar: ,,Bankjes of een voetbalkooi moet je ‘verdienen’, hoor je dan. Maar een wijk moet toch gewoon standaard voorzien in de basisbehoeften voor jongeren? Dat ontbrak hier.”
En jongeren weten nu ook beter welke paden ze moeten bewandelen om zélf iets voor hun buurt te doen. ,,Drie jaar geleden hadden ze geen idee hoe ze konden aankloppen bij de gemeente”, zegt Ben Omar. ,,Dat is veranderd, ze doen het nu niet meer met baldadigheid. Tegenwoordig vragen ze mij of ze eens met de burgemeester in gesprek kunnen.”
Bron: BN De Stem